Zondag 12 november, mist slierten hullen het ijskoude landschap in een grijssluier. Maar dat was voor dertig dappere lieden geen enkel bezwaar om op uitnodiging van de Werkgroep Natuur en Landschap naar de oude kerktoren van Oostelbeers te komen luisteren naar verhalen uit het verre verleden en samen door te kijken naar een letterlijk bloeiende toekomst voor natuur en monument.
Vandaag de dag staat de oude toren eenzaam en verlaten maar niet vergeten op een groen eiland in een intensief landbouwgebied. Jan Roymans, senior projectleider en archeoloog, schetste echter voor de kleumende en af en toe stampvoetende menigte een verhaal van kleine groepjes steentijdjagers die als eerste deze zandrug bezocht zullen hebben. Duizend jaar later volgden de eerste boeren die er een bruisend centrum van gemaakt hebben. Van hun lemen huizen, hun gebruiksvoorwerpen en hun akkers resten niets dan sporen. Zelfs de eerste, houten, kerk uit de Merovingische tijd (800) is totaal verdwenen. Maar vanaf de eerste millennium wisseling wordt er in steen gebouwd. Veel is in later eeuwen hergebruikt in het nieuwe dorp Oostelbeers maar zowel boven als onder de grond zijn nog duizenden, lokaal gebakken, stenen terug te vinden. Fundamenten van de kerkhofmuur zijn in de tachtigjarige oorlog en mogelijk ook later gebruikt als basis voor een formidabele fortificatie. Of deze schans werkelijk de plunderende soldaten buiten gehouden hebben blijft de vraag maar Jan toont wel aan dat de Beerser bewoners een perfecte onderhandelingspositie hadden met dit verdedigingswerk. Na de beeldenstorm raakt de kerk echter in verval en uiteindelijk zou alleen de toren het verhaal van achthonderd jaar kerkgeschiedenis kunnen navertellen.
Uw columnist en bioloog mocht daarop aansluiten door toren en menselijke historie te plaatsen in een oer Brabants landschap. Miljoenen jaren geleden was onze provincie onderdeel van de grootse Schelde – Maas delta. Metersdikke grintpakketten in de diepe ondergrond vertellen nog steeds over water wat geregeld met fors geweld stenen uit België en Frankrijk bij ons achterlieten. Hoewel de Maas steeds verder richting het oosten afzakte, daarbij geholpen door de vele breuken in de Brabantse bodem, zou het nog tot aan de eerste ijstijd duren voordat ongeveer de huidige bedding in gebruik genomen werd. Maar de meest ingrijpende gebeurtenis moest toen nog gebeuren. In de laatste paar duizend jaar van de laatste ijstijd zou een enorme bak Noordzee zand over West-Europa uitgestort worden. Razende poolstormen veranderden Brabant in een grote zandbak. Toen rond zes / zevenduizend jaar geleden eindelijk de mens aan de deur klopte was al het kale zand begroeid geraakt, een bodem had zich gevormd en overal was bos dominant. Met de eerste akkerbouwers zou het landschap steeds kaler worden totdat rond 1850 de dan al respectabel oude toren in een open heide landschap zou staan. Aanplant van productiebossen en een eeuw later ruilverkaveling zouden het landschap opnieuw ingrijpend veranderen.
Nu de toren gerestaureerd wordt en het landschap archeologisch verkend is het de grote vraag van werkgroep, aanwezigen maar ook de gemeente Oirschot hoe het geheel in een verantwoord kader te bewaren voor de toekomst. Beleefbaarheid van het monument is een gegeven en informatie borden moeten het verhaal van Jan doorvertellen aan allen die na ons komen. Ecologisch is het zoeken naar een evenwicht tussen beslotenheid, biodiversiteit en zichtbaarheid. Exoten als Amerikaanse eik moeten zeker verdwijnen omdat ze door uitzaai het gebied kunnen veranderen in een oerwoud. Aan twee zijden open met de andere zijden een rijk begroeide kerkwal komt als optie uit de bus. Door het arme dekzand zal het aantal plantensoorten echter beperkt blijven maar met zomereik, ruwe berk, hazelaar, meidoorn en een ondergroei van brede stekelvaren en salomonszegel wordt de natuurlijke situatie benaderd. Onderhoud blijft echter van belang, verstikking en verbraming liggen op de loer als er niets gedaan zou worden.
Oostelbeers en de Werkgroep Natuur en Landschap mag trots zijn op dit unieke cultuur-natuur-monument.